|
update 31 -12 - 2019
|
Overal cafés in Sambeek
Begin maart 1886 kwam er op het gemeentehuis in Sambeek een brief binnen van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant. De provinciale bestuurders wilden graag een lijst hebben van alle café-eigenaars in Sambeek die een drankvergunning hadden. Twee maanden later werd de gevraagde lijst ingezonden.
"In de gehele gemeente Sambeek zijn veertien drankvergunningen verleend", schreven burgemeester en wethouders. "In het dorp Sambeek beschikken negen café-eigenaars over een drankvergunning, in Mullem zijn dat er vier en in Sambeekse Hoek één." Voordat een drankvergunning werd verleend moest er leges worden betaald. In 1886 ging het om een bedrag van 15 gulden (nu: 195 euro) per drankvergunning.
"In de gehele gemeente Sambeek zijn veertien drankvergunningen verleend", schreven burgemeester en wethouders. "In het dorp Sambeek beschikken negen café-eigenaars over een drankvergunning, in Mullem zijn dat er vier en in Sambeekse Hoek één." Voordat een drankvergunning werd verleend moest er leges worden betaald. In 1886 ging het om een bedrag van 15 gulden (nu: 195 euro) per drankvergunning.
Het eerste café in de opsomming aan Gedeputeerde Staten was dat van Willem Clabbers, dat later De Linde zou gaan heten. Een stukje verderop, op de hoek Grotestraat/Maasstraat, stond pal langs de weg het café van Paulus Versmeeten, wiens dochter Marietje later een bekende uitbaatster in Sambeek zou worden. Het café is vlak na de oorlog gesloopt.
Vervolgens kwam de bekende Gouden Leeuw van Hendrikus van den Bosch. Ten zuiden van de lagere school was het café van Johannes Grutters. In zijn pand woonde later Ké van Haaren. Waar nu Route 66 is, had Hendrikus Kerstjens zijn horecazaak en daar schuin tegenover was die van Adrianus Kerstjens, welke later café Koks zou worden.
Vlak naast de kerk konden Sambekenaren een biertje drinken bij de weduwe van bakker Theodorus Baltesen. In en bij de Torenstraat waren twee cafés: dat van de weduwe van Peter Clabbers (begin Torenpad) en dat van Johannes Ebben (waarschijnlijk op het Vrijthof, naast de pastorietuin).
Conclusie: dorst lijden in Sambeek was bijna onmogelijk.
Vervolgens kwam de bekende Gouden Leeuw van Hendrikus van den Bosch. Ten zuiden van de lagere school was het café van Johannes Grutters. In zijn pand woonde later Ké van Haaren. Waar nu Route 66 is, had Hendrikus Kerstjens zijn horecazaak en daar schuin tegenover was die van Adrianus Kerstjens, welke later café Koks zou worden.
Vlak naast de kerk konden Sambekenaren een biertje drinken bij de weduwe van bakker Theodorus Baltesen. In en bij de Torenstraat waren twee cafés: dat van de weduwe van Peter Clabbers (begin Torenpad) en dat van Johannes Ebben (waarschijnlijk op het Vrijthof, naast de pastorietuin).
Conclusie: dorst lijden in Sambeek was bijna onmogelijk.
Rond de Toren 26 juni 2019